Houvast

Gepubliceerd op 20 februari 2023 om 12:00

We doen het al zolang er leven is. Vasthouden aan het onzichtbare. Afbeeldingen en beelden maken van datgene wat we niet kunnen zien, maar zo graag willen zien. Tastbaar maken wat on(be)grijpbaar is. 

Sommigen zijn er hun hele leven mee bezig en houden vast zonder ooit te zien of te weten. Anderen alleen wanneer het nodig is.

Ik behoor tot die laatste groep. Klaas overigens ook. We geloven in iets, maar weten niet exact wat. Dat hoeft ook niet. Ondanks wat hele volksstammen daar van vinden. We geloven vooral in liefde.

In Valencia kom je overal een afbeelding tegen van een vrouw met een kind. Volop in het goud en prachtig aangekleed. Menig drag queen zou een moord doen voor die jurk. Het is “Nostra señora de  los desamparados”. De beschermvrouwe van de hulpelozen. Eigenlijk van ons allemaal dus.

Ze wordt aanbeden tot op het uitzinnige toe. Bij tijd en wijle rijden ze haar als levensgrote pop rond in het dorp met een vrachtauto met een glazen bak. Huilende vrouwen gooien zich aan haar voeten en soms bijna onder haar wielen. Een beetje eng. Maar ook hier geldt, ieder zijn geloof, ieder zijn ding. Niet veroordelen, maar observeren en verbazen. “Live and let live” zou een Catalaanse vriend van me zeggen. Ja, Isidre.

Ze hangt bij ons naast de voordeur in Spanje. Niet letterlijk. Als een tegeltableau. Klaas vond dat we dat ook moesten hebben. Net zoals vele huizen en gebouwen hier. Toen het slecht ging met Klaas vroeg ik haar wel eens terloops om hulp. Dat deed ik ook in de kerk van het ziekenhuis. Ook daar stond ze in vol ornaat. Een beetje houvast.

Ze kan niet over ons waken. Ze kan niet genezen. Ze kan niet voorkomen. Ze kan eigenlijk niet zo veel. Het leven bepaalt en niet zij. Hoe graag ik of anderen dat ook willen. Ze kan wat troost geven. Een stille aanwezige. Niet meer dan dat. Op dat moment is het voldoende. Geloof is goed, maar in het juiste perspectief en mate.

Ik ben vanmiddag voor de laatste keer de berg achter ons huis opgelopen. Mijn conditie is bar slecht, dat is wel zeker. Ik stond te hijgen als een paard voor ons mooie dame. Ze zal wel gedacht hebben. Ik moest haar nog even zien. Nog even in de zon vanaf de berg van het uitzicht genieten. Ze weet dat ik terug kom, samen met Klaas.

Ik ben er nog niet uit waar ik me aan vast ga houden. Wat wordt mijn houvast. Misschien maar gewoon zoals altijd aan de wijze woorden van Klaas, “het komt goed ventje”.

Tot ooit Señora.